Levensgeluk cliënten is voor mij het meest belangrijk
“Hun levensgeluk is voor mij het meest belangrijk.”
Ben Fransen is vanaf de oprichting actief als vrijwillige mentor bij Mentorschap Zuidoost Brabant. “Ik maak anderen graag blij, vooral kwetsbare mensen met een verstandelijke beperking. Deze doelgroep heeft mijn hart. Ik vind bij de stichting en bij mijn collega mentoren volop steun om de belangen van mijn cliënten goed te blijven behartigen.”
Familiementor
In zijn persoonlijke leven heeft Ben al heel wat jaren ervaring in de omgang met mensen met een beperking. “De biologische ouders van mijn vrouw zijn kwetsbare mensen. Zij heeft heel lang geen contact met hen gehad en is liefdevol opgevoed door haar pleegouders. Na de geboorte van onze zoon hebben er toch ontmoetingen plaatsgevonden, eerst met haar moeder en toen met haar vader, die we mams en paps zijn gaan noemen. Haar pleegouders noemde ze vader en moeder.” Vanwege de kwetsbaarheid van zowel paps als mams werd Ben van hen allebei mentor, familiementor. “Ik wist toen nog niet goed hoe ik dat het beste aan kon pakken, maar ik deed wat ik kon om hun belangen te behartigen. Ik ben daarnaast familiementor geworden van mijn zwager, de jongere broer van mijn vrouw. Op dit moment ben ik ook mentor van mijn 24-jarige zoon. Hij heeft een licht verstandelijke beperking en is erg beïnvloedbaar.” Zichtbaar ontroerd voegt Ben eraan toe: “Ik ben ontzettend blij dat ik zoveel voor hen allemaal kan en heb kunnen betekenen.”
Mentorschap Zuidoost Brabant
In 2009 zag Ben in Groot Eindhoven een advertentie waarin vrijwillige mentoren werden gezocht door stichting Mentorschap Zuidoost Brabant. “Ik wilde niet alleen voor de familie van mijn vrouw opkomen, maar ook voor anderen. Ik had veel liefde te geven. Na een gesprek met de coördinator en een gedegen introductiecursus leerde ik veel over datgene wat een vrijwillige mentor kan en mag betekenen.”
Ben werd gekoppeld aan een vrouw met een verstandelijke beperking die bij Severinus in Veldhoven woont. Ben glimlacht van oor tot oor als hij het over haar heeft: “Ik ben nu nog steeds haar mentor, we kennen elkaar al heel erg lang. Maar toch heb ik nog steeds de indruk dat ze mijn bezoekjes vooral leuk vindt, omdat ze dan een kop koffie met een koekje krijgt.” Ben houdt goed in de gaten of de zorg die ze krijgt goed is en blijft. En vooral of zij de dingen kan doen die ze fijn vindt, waar ze gelukkig van wordt. “Soms doet ze nog dingen die misschien niet zo verstandig zijn, zoals rollen in de sneeuw. Maar het gaat wat mij betreft om de kwaliteit van haar leven. En ze is zo vooruitgegaan! Ze werd in het verleden vaak vastgebonden, omdat ze zichzelf ernstig verwondde. Via het project ‘ban de band’ heeft ze nu veel meer bewegingsvrijheid, ook al zijn er soms nog vrijheidsbeperkende maatregelen nodig ten behoeve van haar veiligheid en die van haar begeleiders.”
2e Mentorschap
Na twee jaar mentorschap heeft Ben bij de stichting aangegeven dat hij wel een 2e mentorschap zou willen oppakken. Hij wilde graag een extra cliënt waar hij meer mee kon communiceren. Ben: “Toen werd ik gekoppeld aan een jonge vrouw met een zware vorm van autisme en hechtingsproblematiek. Ze had op dat moment geen contact meer met haar ouders, daarom wilde heel graag voor haar iets betekenen. Ze kan goed aangeven wat ze wil en daar luister ik naar. Maar soms wil ze iets wat niet mogelijk is en dan kun je daar voor haar eigen bestwil niet in meegaan. Het is wel eens lastig dat zij dit niet altijd begrijpt en hierover dan boos op mij wordt.” Ben heeft ervoor gezorgd dat ze op dit moment weer contact heeft met haar ouders. Hij onderneemt ook af en toe uitstapjes met haar. “Haar bezoekvrijwilliger er mee is gestopt. En ook al hoort het niet bij mijn kerntaken als mentor, ik heb dit tijdelijk opgepakt. Het is een heel ander soort mentorschap dan voor mijn eerste cliënte!” voegt hij er glimlachend aan toe.
Collega mentoren
Het contact met zijn collega mentoren vindt Ben erg belangrijk. “We kunnen met elkaar sparren en onze verhalen en ervaringen met elkaar delen. We komen met een kleine groep bij elkaar thuis om bij te praten. Dat heeft veel meerwaarde, je leert van elkaars verhalen.” Ook de themabijeenkomsten vindt Ben interessant, niet alleen voor zijn werk als vrijwillige mentor, maar ook voor zijn taken als familiementor. “Veel meer familiementoren zouden de ondersteuning kunnen gebruiken die ik nu bij Mentorschap Zuidoost Brabant krijg. Mijn zoon maakt soms moeilijke periodes door en krijgt dan niet altijd de zorg die hij nodig heeft. Ik verbaas me er dan over, dat een zorgorganisatie iemand zo in de kou kan laten staan. Op die momenten ben ik er voor hem. Met de kennis die ik heb opgedaan bij de stichting, zet ik me voor 100% in om ervoor te zorgen dat hij wel de zorg krijgt die hij zo nodig heeft.”
Betrokkenheid
Uit Bens woorden spreekt zijn grote betrokkenheid. Hij benadrukt: “Om er als mentor voor te zorgen dat je cliënt de juiste zorg en ondersteuning krijgt, is het belangrijk om goed samen te werken met de begeleiding en met andere betrokkenen, waaronder de bewindvoerder. Zo kunnen dingen worden aangeschaft en activiteiten worden opgepakt, die echt gelukkig maken. Want hun levensgeluk is voor mij het meest belangrijk.”
Anja Lissone
Mei 2023